“Jij hebt nog veel te leren”, had Paul gezegd. En eerlijk gezegd vond ik dat op zichzelf al een opwindende gedachte. Het deed me denken aan die klassieker van Pauline Réage, waarin O. zich volledig overgeeft aan haar meester en altijd beschikbaar moet zijn voor hem. Andere boeken over dat thema leken daarbij vergeleken een slap aftreksel. Mijn besluit om een gewillige leerlinge te worden nam ik niet impulsief. Ik overdacht alle mogelijke gevolgen en scenario’s en probeerde me zo goed mogelijk in te dekken. We spraken mijn absolute grenzen af (geen uitwerpselen, geen blijvend lichamelijke schade, geen wurgseks en niets dat wettelijk verboden was) en ik stelde voor om geen safeword af te spreken maar een gebaar om aan te geven dat mijn grens overschreden werd. Ik had dan nog wel veel te leren, maar helemaal naïef was ik ook niet. Stel je voor dat hij besloot om me knevelen en ik geen woord uit kon brengen? Nee, als ik drie maal met mijn hand zou kloppen of met mijn voet zou stampen, dan zou het spel ten einde zijn.
Je kunt je nog zo goed voorbereiden, op zijn grillen ben je nooit voorbereid. Dat weet ik nu. Paul is als de duivel in die komische film waarin de hoofdrolspeler, gespeeld door Brendon Fraser, zeven wensen mag doen in ruil voor zijn ziel. Wat het personage van Fraser niet weet is dat de duivel zijn wensen elke keer verpest, doordat hij niet specifiek genoeg was in zijn wens. Wenst de hoofdrolspeler dat hij rijk is, dan maakt de duivel van hem een drugsbaron wiens vrouw hem bedriegt en die wordt doodgeschoten door zijn partner in crime. Dat idee. Als ik Paul zou vragen om me naakt vast te binden, dan zou hij dat bij wijze van spreken midden in het bos doen, als ik er niet expliciet had bijgezegd dat het binnenshuis moest gebeuren.
Het was juist die creativiteit die me zo naar hem deed verlangen. Hij was zo inventief en oorspronkelijk in alles. Zijn verbeeldingskracht en vindingrijkheid kwam tot uitdrukking in zijn gevoel voor humor, maar ook in zijn vermogen om de meest ongebruikelijke en buitenissige erotische scenario’s te bedenken.
Dus toen hij zij dat hij mij wel het een en ander kon leren, verbaasde me dat niet. Het maakte me vooral belangstellend. Het begon allemaal toen een pakketje met een vaag logo erop werd afgeleverd. Er zat een brochure in voor de ‘school voor brave meisjes’, een aantal boeken en stencils, wat schoolbenodigdheden (plakband, stiften in verschillende kleuren, een notitieblokje) en een rooster. Er zat zelfs een schoolmeisjesuniform in de doos. Eigenlijk moest ik vooral heel erg hard lachen om wat Paul me had gestuurd. Ik zag daar de humor wel van in en dat schreef ik hem ook in een berichtje.
Hahaha, heb je ook een klaslokaal met een schoolbord?
Het lachen zou mij spoedig vergaan. Hij eiste dat ik in dat uniform met het openbaar vervoer naar school kwam. Dat rokje was verdomme net lang genoeg om mijn billen te bedekken! Gelukkig was ik net zo slim als hij, want hij had niets gezegd over een jas.
“Little brat”, grinnikte hij, en hij gaf me een tik tegen mijn billen toen hij me binnen liet. Ik was onder de indruk. Hij had zijn huiskamer verbouwd tot een waar klaslokaal. Er stond een lessenaartje en aan de muur hing een ‘educatieve’ poster met posities. Op zijn lessenaar lag een aanwijsstok en iets zei me dat ik me maar beter kon gedragen, omdat hij er anders iets anders mee zou doen dan aanwijzen.
Paul zei me dat ik mijn slipje uit moest doen en aan het lessenaartje plaats moest nemen. Ik moest mijn notitieblokje pakken en tien keer opschrijven ‘Eenmaal lid van de school voor brave meisjes, is je leven lang lid’. Terwijl ik dit deed, pakte hij een whiteboard dat op een soort driepoot stond. Geduldig wachtte hij tot ik klaar was. Hij gebood me me uit te kleden en nodigde me toen uit om naar het bord te komen. Ik was zo onder de indruk van al het werk dat hij had verzet dat ik gewillig naar hem toe kwam. Daarna begon hij mijn lijf te manoeuvreren, tot ik min of meer onder de driepoot stond, en het whiteboard op mijn rug zat. Vervolgens bond hij mijn enkels aan de twee achterste poten, zodat ik gespreid stond. Mijn polsen bond hij aan elkaar, met de handen in de nek. Al die tijd vroeg ik me af wat hij in godsnaam van plan was.
“Zo,” gromde hij toen hij eindelijk klaar was. “Vertel me nu welke handelingen je wilt leren en welke je absoluut niet wilt leren.” Dreigend hield hij een zwarte whiteboard marker voor me. Ik dacht even na en zei haast fluisterend zacht wat als eerste in me opkwam.
“Volledige overgave.”
“Wat zei je?” Demonstratief pakte hij de aanwijsstok van zijn lessenaar. Ik zei het nog een keer, deze keer iets harder.
“Volledige overgave.” Zonder dat ik precies begreep wat ik fout had gedaan haalde hij uit met zijn stok tegen mijn billen. Ondanks dat het een zachte tik was, voelde ik een striemende pijn en ik beet op mijn tanden om niet te gillen. Ik probeerde uit alle macht te bedenken wat ik zou moeten zeggen en besloot nog een poging te doen.
“Volledige overgave, meneer?”
“Dat is beter.” Paul schreef met de stift in grote blokletters ‘O V E R G A V E’ op mijn borst.
“En wat niet?” Verdorie, dacht ik. Had hij me wat huiswerk gegeven, dan had ik hier over na kunnen denken. Maar veel tijd om na te denken was er niet, want daar was opnieuw die stok tegen mijn billen. Ik begreep nu waarom het zo lang had geduurd om me vast te binden aan dit whiteboard. Hij wilde voldoende plek hebben om mijn kont te kunnen raken.
“Auw”, siste ik, “vernedering, meneer.” Nu liep Paul om het whiteboard en schreef daar iets op. Ik nam aan dat hij de dingen die ik niet wilde leren voor zichzelf op het whiteboard schreef.
Na een tijdje, ik denk dat het een half uur of zo was, stonden er woorden als ‘slet’, ‘pijn’, ‘bondage’, ‘gehoorzaamheid’ en ’toewijding’ op mijn borst en buik. Hij had zelfs een paar pijlen richting mijn kruis getekend. Het begon ongelofelijk oncomfortabel te worden om zo te staan, als menselijk whiteboard, en ik begon lichte kramp te voelen in mijn benen. Toen ik niets meer kon bedenken, kreeg ik nog een paar slagen op mijn billen en daarna maakte hij me los.
“Kneel”, zei hij alleen en hij keek naar de poster. Ik volgde zijn blik en nam aan dat hij wilde dat ik de houding aannam die bij het woordje ‘kneel’ stond. Ik keek even naar de woorden op mijn borst en buik en bedacht kort hoe ik dat er in godsnaam af ging krijgen, tot ik het woordje ‘gehoorzaamheid’ zag en me zonder tegensputteren op mijn knieën liet vallen. Paul ging achter me staan en rommelde wat in het laatje van zijn lessenaar. Hij haalde er een leren halsband uit en deed die bij me om.
“Dit was les één”, zei hij zacht en hij kuste mijn wang. “Goed gedaan. Je bent op weg om een heel braaf meisje te worden.”
Dit verhaal is geschreven voor NBRplaza’s Erotica Fest #10: Internet Rule 34.
Internet Rule 34 is ‘if it exists, there’s porn of it’. Deze oude ‘internetregel’ betekent dat van alles wat bestaat wel porno is gemaakt. Dat is vaak een parodie (van Teletubbies tot Star Wars), maar dat kan ook een bekend figuur (Tony the Tiger van Kellog’s) of een voorwerp (in dit geval dus een whiteboard) zijn.
- De allergeilste filmpjes: strap-on - 4 oktober 2024
- Erotische kunst van Loïc Dubigeon - 4 oktober 2024
- Himitsu no Madōsho Onahole (Secret Spellbook) – review - 1 oktober 2024
@diegavn https://t.co/9Nmj5cLzEz. Nu jij!